In de Dubbelpockets worden niet alleen nieuwe, in de pocketreeks overgeslagen Egmontpockets gepubliceerd, maar soms ook oude, waardoor een aantal oude juweeltjes uiteindelijk toch nog in Nederland uitgebracht worden. In de meest recente Dubbelpocket, nummer 48, staat het verhaal "De bevrijding van Duckstad", geschreven door Guido Martina en getekend door Giovan Battista Carpi. Het lijkt misschien niet zo'n bijzonder verhaal en het zit vol plotgaten:
-Hoezo is opeens alle politie opgesloten?
-Waarom hebben Boris Boef en de Zware Jongens een nare verrassing voor Donald?
-Waarom zijn Boris Boef en de Zware Jongens alleen op oom Dagoberts stofgoud uit?
-Waarom graven de eenden zo'n gigantische tunnel?
-Waarom gebruiken Mickey en Goofy niet hun draak om bij het luchtgat te komen?
-Waarom zoekt Donald naar een telefooncel en gebruikt hij zijn eiPhone niet? De redactie beweert toch dat tegenwoordig altijd te corrigeren in de vertaling? Van mij hoeft dat ook niet, hoor!
Toch vond ik het een leuk verhaal - ik ben dol op Carpi's neefjes -, maar misschien wel vooral omdat het een parodie op Gerusalemme Liberata van Torquato Tasso is en ik het leuk vind om de overeenkomsten te zoeken. Daarvoor moest ik wel de Italiaanse versie downloaden, omdat in de vertaling veel verloren is gegaan. De das bijvoorbeeld heet in het Italiaanse origineel Torquato il tasso (plaatje 7.2), wat 'Torquato de das' betekent en naar de schrijver verwijst: op plaatjes 37.1-2 vervult hij dan ook de rol van verteller.
Of neem nu de eerste pagina:
Niet alleen mist de Nederlandse versie de mooie letters, ook de tekst onder de titel is weg. Dit geldt voor alle buitenlandse publicaties waarvan de scans op Inducks te zien zijn, behalve de Franse.
In het Italiaanse origineel staat daar een parodie op de eerste 16 regels van Gerusalemme Liberata, deze tekst:
Canto l'armi furiose e il capitano
Chiamato Paperino, che fu visto
Combattere col senno e con la mano
Nelle battaglie d'un fatale acquisto
Contro l'ombre paurose ed un arcano
Mistero pien d'insidie e d'imprevisto:
E infine il suo valor fu corrisposto
Con molto fumo in mano e niente arrosto.
O Musa, che assistesti alla battaglia,
Ricopri d'una gloria inestinguibile
Colui che diè l'assalto a una muraglia
Immobile, infrangibile, invisibile.
Da un lato combatteva la canaglia
Dall'altro stava Paperin, terribile,
Che fama conquistò fra genti e popoli
Quale liberator di Paperopoli.
… wat ik vertaal als:
Ik bezing de woeste wapenfeiten en de aanvoerder,
Donald genaamd, die men zag
vechten met verstand en met de hand
in de gevechten van een fatale aankoop
tegen de enge schaduwen en een geheimzinnig
mysterie vol valstrikken en het onverwachte:
En uiteindelijk werd zijn moed beloond
met veel rook in zijn hand en geen vuur.
O Muse, die geholpen heeft bij de strijd,
bedek met een onblusbare eer
hem, die de aanval inzette op een
onbeweegbare, onkwetsbare, onzichtbare muur.
Enerzijds bevocht hij de schurk,
anderzijds was de verschrikkelijke Donald,
die roem veroverd heeft tussen mensen en volkeren,
een heuse bevrijder van Duckstad.
(Dit is een vrij letterlijke vertaling; misschien maak ik nog een betere voor wanneer dit verhaal herdrukt wordt. Natuurlijk kan ik geen Italiaans, dus als jullie fouten ontdekken, hoor ik het graag.)
Martina heeft Tasso's rijmschema a b a b a b c c aangehouden. Het origineel van Tasso luidt:
Canto l’arme pietose, e ’l Capitano
Che ’l gran sepolcro liberò di Cristo.
Molto egli oprò col senno e con la mano;
Molto soffrì nel glorioso acquisto:
E invan l’Inferno a lui s’oppose;
e invano
s’armò d’Asia e di Libia il popol misto:
Chè ’l Ciel gli diè favore, e sotto ai santi
Segni ridusse i suoi compagni erranti.
O Musa, tu, che di caduchi allori
Non circondi la fronte in Elicona,
Ma su nel Cielo infra i beati cori
Hai di stelle immortali aurea corona;
Tu spira al petto mio celesti ardori,
Tu rischiara il mio canto, e tu perdona
S’intesso fregj al ver, s’adorno in parte
D’altri diletti, che de’ tuoi le carte.
… hetgeen door Frans van Dooren vertaald is als:
Ik zing over de held die ’t Heilig Land
en Christus’ graf in dienst van God bevrijdde.
Groot was zijn daadkracht, wijsheid en verstand,
hoewel hij tijdens de oorlog veel moest lijden.
Al trokken Satans horden aan de kant
der vijanden ook tegen hem ten strijde,
toch lukte ’t hem om onder Gods banieren
zijn dolend leger te doen zegevieren.
O Muze, niet u die de lauwerkrans
op ’t hoofd dragend de Helicon bewoont,
maar u die in de hoogste hemeltrans
door ’t eeuwig licht der sterren wordt bekroond,
beziel mijn verzen met uw warme glans!
Och, dat u zich vergevingsvol betoont
wanneer ik af en toe de waarheid hier
in dit verhaal wat opsmuk en versier.
bron: http://igitur-archive.library.uu.nl/stu ... riptie.pdf
(Vraag voor de gymnasiasten en degenen die "Heisa in de klas" hebben gelezen onder ons: Aan welke beginregel van een ander beroemd epos doet de eerste zin van Gerusalemme Liberata ons denken?)
Zijn er ook overeenkomsten tussen de inhoud van beide verhalen, naast dat het om de bevrijding van een stad gaat? Ik heb Gerusalemme Liberata niet gelezen, dus wellicht zie ik zaken over het hoofd, maar denkend aan andere parodieën van literatuur in Disney-strips vermoed ik dat de overeenkomsten niet diep gaan.
De vermomde Zware Jongen noemt zich Magda Almida in het origineel (Juanita in de vertaling), wat doet denken aan "la maga Armida", de tovenares Armida uit Gerusalemme Liberata. Deze passage verwijst naar de episode van Armida en de ridder Rinaldo en de overeenkomst met Gerusalemme Liberata is de enige reden waarom er een nare verrassing voor Donald is voorbereid.
De bedrieglijke bordjes (Duckstad en telefoon) verwijzen naar de valse gids die Tancred en zijn mannen naar het kasteel van Armida leiden (Boek 7). De bloementuin wordt beschreven in Boek 16. De verleiding en verdoving van Donald en de neefjes lijkt op de betoverende liefde van Armida voor Rinaldo, waardoor hij alle lust tot vechten verliest.
In Boek 15:7-9 verspert een draak de weg van twee helden. De ene, Carlo, wil met zijn zwaard het monster aanpakken, maar de ander, Ubaldo, gebruikt zijn toverstaf met onmiddellijk succes. De draak in "Paperopoli Liberata" vertoont weinig overeenkomst, maar toch, het is een draak.
Nicolas Poussin, De metgezellen van Rinaldo
De moeilijkheid bij de verovering van Jeruzalem was de muur. Men kon de stad niet uithongeren want het kruisvaardersleger lijdde zelf honger. Bovendien was haast geboden: Een leger uit Egypte komt de stad ontzetten. In het stripverhaal is er ook de muur die het grote probleem vormt. De helden zijn flink in het nadeel en ze moeten op tijd voorkomen dat het geldpakhuis geplunderd wordt. De tunnel en het luchtgat zijn nieuwe elementen.
In de strip is er sprake van jaloezie van Donald jegens Mickey, want hij wil de bevrijder van Duckstad worden. In de werkelijke geschiedenis zien we ook rivaliteit tussen de verschillende aanvoeders van de kruisvaarderlegers, in het geval van het beleg van Jeruzalem vooral tussen Godfried van Bouillon en Raymond van Toulouse. Voor zover ik weet, komt dit echter niet terug in Gerusalemme Liberata.
In de strip wordt de stad bezet door een boevenbende, waarna inwoners van dezelfde stad haar die dag nog bevrijden. Dit is geheel anders dan de geschiedenis van Jeruzalem. De kruisvaarders hadden echter wel het idee dat ze bevrijders waren en dit komt natuurlijk ook terug in Gerusalemme Liberata. Heeft dit consequenties voor de uitbeelding van de Saracenen? Zijn dit onrechtmatige heersers over de stad? Zijn het schurken en tirannen? Is er een band tussen het kruisvaardersleger en de stad? Zo ja, dan komt dit overeen met de strip.
Opvallend is dat er in Gerusalemme Liberata veel vrouwen een rol spelen, terwijl de enige vrouw in "Paperopoli Liberata" een travestiet blijkt te zijn.
Het wegreneinde is vergelijkbaar met Messer Papero en Paperino e il re del fiume d'oro, ook geschreven en getekend door Martina en Carpi, en komt naar mijn weten niet in Gerusalemme Liberata voor.