Rubberduck schreef:Het ging mij erom dat het me lastig lijkt lezers aan je te binden als je overgaat op een lagere verschijningsfrequentie. Dan maak je het lezers natuurlijk zélf lastig een vervolgverhaal te blijven volgen. Als dan de lezers afhaken en directies zeggen dan: 'zie je wel, men wil geen vervolgverhalen', is dat dan geen self-fulfilling prophecy? Overigens stonden in de jaren '70 en '80 vaak meerdere vervolgverhalen in Donald Duck. Soms stonden er wel twee niet-Disney vervolgstrips in en natuurlijk het vervolg-leesverhaal en soms dáárnaast nog een Barks-vervolgavontuur. Ik heb niet de indruk dat het het blad kwaad heeft gedaan. Ik zeg niet dat ik de absolute waarheid in pacht heb, natuurlijk. Maar ik vraag me dan toch af waarom het bladen met alleen kant-en-klare gagstrips het ook niet gelukt is te overleven, zoals Striparazzi. En waarom het met Spirou wel kan.
Overgaan op een lagere verschijningsfrequentie en het afschaffen van redactionele rubrieken, en dus minder redactionele kosten, is zeker geen succesformule om een blad weer op de rails te krijgen. Dat is een noodgreep. Net zoals men in 1974 Pep terugbracht van 48 naar 32 pagina's en als goedmakertje het goedkope zwart-wit supplement Peptoe meeniette. Daar trappen lezers inderdaad niet in. Waarom het herdrukken van Katrien wel werkt, zul je je afvragen? Nu wel, omdat de doelgroep van dit blad zich binnen een beperkte leeftijdscategorie bevindt en daardoor de oude nummers niet kent. Het is een tactiek die mij als stripliefhebber ook niet aanspreekt, maar hij werkt wel...
Maar goed, de vervolgverhalen. Voor zover ik heb begrepen bleek uit lezersonderzoeken dat deze niet werden gewaardeerd. Douwe Dabbert verdween uiteraard door de ziekte van Piet Wijn. Daarna hebben we alleen nog Prinses Aster van Wilma gehad en een aantal filmstrips lange Gottfredson-vervolgverhalen. Ook uit onderzoek bleek dat leesverhalen niet werden gewaardeerd. Dit ging vooral de oude garde van de redactie (ja, vooral Thom) aan het hart.
Rubberduck schreef:Misschien heeft het met de mentaliteit ten opzichte van strips te maken. Maar hoe verklaar je dan dat in stripland België roemrijke bladen als Kuifje en Robbedoes en een aantal jaar geleden Suske & Wiske Weekblad over de kop zijn gegaan? Ik weet het ook niet.
Nou, simpelweg door die mentaliteit! Robbedoes en Kuifje waren kennelijk ook in Vlaanderen niet meer zo roemrijk als daarvoor. De Nederlandse markt, met NL en Vlaanderen, is natuurlijk een stuk kleiner dan de Franse, met Wallonië en Frankrijk. Het valt me sowieso op dat in het Franse gedeelte de boekhandels een grotere stripafdeling hebben, met die schitterende hardcovers en intégrales. En natuurlijk die naslagwerken (in de gewone boekhandel!) die mij als Comiclopedia-redacteur doen watertanden.
En Suske en Wiske Weekblad roemrijk? Neuh... dat was qua vormgeving een aardig liefhebberskrantje als je het mij (persoonlijk) vraagt.
Rubberduck schreef:Ik zou dat een heel goed idee vinden. Heb je ooit de film Song of the South gezien, waarin Broer Konijn voor het eerst voorkomt? Daarin is hij ook een heel opschepperig en arrogant figuur, die door zijn overmoedigheid steeds in de val loopt. Sterker nog, in de originele verhalen van Joel Chandler Harris liep het voor het konijn geregeld slecht af, met de vos en beer die aan het langste eind trokken. Dat lijkt me interessanter dan steeds het konijn worteltjes laten aftroggelen van de beer.
Ik heb daar stukken van gezien. En die sfeer van de Zuidelijke staten die ademt in die verhalen (en eerste strips) vind ik ook heerlijk. Die oude krantenstrips van Moores en Murry vind ik een heel sterke "styleguide" voor het universum Konijn.
Eigenlijk grappig hoe de Konijn- en Wolfwerelden uiteindelijk zijn samengevoegd, terwijl die vroeger gescheiden waren. Volgens mij was aanvankelijk meneer Beer de enige gezamenlijke figuur.
Rubberduck schreef:Wat ik goed vond aan dat Bambi-verhaal, was dat alle personages zo goed in-character waren. Bijvoorbeeld dat Stampertje steeds "vriend Uil" zegt; dat is echt iets uit de (Nederlandstalige versie van) de film. Het Reddertjes-verhaal viel dan weer tegen, omdat de personages niet klopten (Bianca bijgelovig en Bernard laconiek, terwijl het omgekeerd hoort te zijn). Interessant dat er twee Robin Hood-verhalen liggen. Hopelijk zijn het wat langere verhalen. Wat je nu vaak ziet, is dat er enorm veel heel korte verhaaltjes van verschillende figuren in één nummer staan. Waarom niet minder verhalen, maar wel langere verhalen? In de jaren '70 had je prachtige Wolf-verhalen van Dick Matena die rustig 8 pagina's doorgingen en daar heb ik me stuk mee gelachen. Niet dat kwantiteit nu altijd ook 'kwaliteit' betekent, maar in meer pagina's kun je wel situaties en personages wat meer uitwerken; er meer mee doén. Ik mis nu vaak een clue in die verhaaltjes, doordat ze vaak te kort zijn om iets op te bouwen.
Ik ben benieuwd hoe Kruse en Jonker met Robin Hood omgaan. Als je zulke tekenfilmfiguren wilt gebruiken, kun je maar beter de films zelf goed kennen. Daar heeft het in het verleden vaak aan gemankeerd, en dan bedoel ik ook de vele Amerikaanse en Deense verhalen waarin de schrijvers maar wat deden. Die hebben natuurlijk gedacht: "wat kan het zo'n kind schelen dat zo'n blaadje leest?", en waarschijnlijk hadden ze nog gelijk ook. Maar Jonker heeft, samen met Bernádo, bewezen dat het wel degelijk kan. Die Mikmak-strips sluiten prachtig aan op de film 'Merlijn de tovenaar', qua sfeer, setting en karakterisering van de personages (ook visueel). Sommige films lenen zich minder voor vervolgen. Pinokkio is zo'n geval. Dat is een heel hecht verhaal. De Nederlandse strips spelen zich eigenlijk af 'in de film' (in plaats van ná de film), maar als je naar de structuur van de film kijkt, zou dat nooit kunnen. Met de zeemeermin kan het weer wel: er is zelfs een hele tekenfilmserie geweest die zich afspeelt in de tijd vóór de film. Maar ja, dan zie ik recent weer een Nederlands zeemeermin-verhaal dat zich, gezien de kleding van de menselijke personages, afspeelt in onze tijd en dat kan dan eigenlijk weer niet. tongue
Dank je. Ferdi en ik hebben de film gekeken voordat we begonnen aan het scenario, omdat we het ook kloppend wilden hebben
Wat betreft dat Reddertjes-verhaal heb je helemaal gelijk. Dat stoorde mij ook. Dat klopte gewoon niet.
En dan de langere verhalen... ik weet niet wat daarover precies het beleid is. Ik heb laatst een 6-pagina Mikmak geschreven (
http://coa.inducks.org/story.php?c=H+2010-170) en dat kon. Momenteel ben ik bezig met een Speurneuzen-verhaal (dé Disney-film uit mijn jeugd) en dat wordt zeker 9 pagina's, omdat ik vooral de sfeer in die verhalen zo leuk vind. En voor mij is het ook heel spannend of dan kan, zo'n lang verhaal
Maar inderdaad, de laatste jaren zijn er weinig Duck-verhalen van meer dan 6 pagina's geweest:
http://coa.inducks.org/comp2.php?code=H ... sort1=autoVolgens mij speelt bij de verhalen van de B-figuren ook mee in hoeverre het buitenland geïnteresseerd is om ze over te nemen. Daarvoor vangen wij dan syndicatiekosten. En wanneer een lang verhaal van Toet de kleine sleepboot (ik noem even een heel wilde dwarsstraat) in DD wordt geplaatst, zal dit hoogstwaarschijnlijk niet terugkeren in het buitenland of een album. Dus dan is de investering niet echt de moeite (helaas).
Rockerduck schreef:Hoe zit dat trouwens met Robin Hood, een personage dat sinds de jaren '70 niet meer in Donald Duck gesignaleerd is? Krijgt die een aparte introductie? Of verschijnt hij, net als de Reddertjes laatst, gewoon opeens in het blad? En als dat met hen kan, waarom doet Oom Thom dan zo moeilijk over Diederik en Otto, die lezers zogenaamd niet zouden kennen? Terwijl iedere pocket-lezer ze kent en iedereen die wel eens Mickey Mouse Clubhouse heeft gezien ook weet wie Otto is. En dan gaat het me niet eens om die personages. Het gaat me om het gebrek aan achterliggende logica. De redenatie klopt niet. Maar ik verwacht niet dat jij hier op dit forum dit toe gaat geven. En dat is geen verwijt, maar een logische constatering, want ik kan slechts van jou verwachten dat je openlijk het beleid van je werkgever af gaat kraken.
Goede vraag. Weet ik niet. We hebben in het verleden ook wel eens plotsklaps verhalen over Kuikentje Klein (Chicken Little) en King Midas geplaatst. Ik denk dat we bij Robin Hood weer goede stof hebben voor een webweetje
Dan kan natuurlijk ook bij Diederik en Otto, zul je zeggen. Hierover heb ik het in mijn post hierboven ook al gehad. Wij vinden die figuren niet interessant genoeg. Net als Toet of Pedro, al hoor ik daar niemand over
Maar mocht er een grote lezersschare komen die dat wel vindt, dan zullen we ons dat zeker aantrekken.
Rubberduck schreef:Het gaat me er ook niet om dat Murry helemaal geen goede verhalen heeft gemaakt (alleen heb ik de afgelopen jaren wel héél veel slechte gezien), maar meer dat het wel altijd dát soort verhalen is dat er in staat. Zo'n modern Minnie-verhaal van laatst is echt een heel grote uitzondering en ik snap niet waarom. Verandering van spijs doet eten. Ik vind die oude verhalen vaak ook heel gedateerd (i.t.t. Barks, wiens verhalen altijd tijdloos zijn gebleven).
Eens. Even op persoonlijke titel, ik vind het leuk dat er onlangs wat modernere Mickeys in DD hebben gestaan en wat mij betreft komen er meer. Murry heeft goede verhalen met Mickey gemaakt, maar ook veel ongeïnspireerd werk. Wat betreft de wat hippere Mickey... mijn goede vriend Jos heeft onlangs een heel leuk Mickey verhaal geschreven (in korte broek) en dat wordt getekend door niemand minder dan Ferioli. En de schetsen beloven veel goeds!
http://coa.inducks.org/story.php?c=H+2011-042Maar inderdaad, sommige oude verhalen kunnen niet echt meer. Zoals onlangs het Strobl-verhaal over het klaslokaal van de toekomst.
http://coa.inducks.org/issue.php?c=nl/DD2010-37De leerlingen krijgen les met typmachines en geprojecteerde teksten. Ik heb dat vertaald en ik kan je zeggen dan ik er zeker moeite mee had. Ook nog omdat Gijs Gans opeens onverklaard concierge van de school was. Maar andere Strobl's vind ik dan wél weer prima, zoals De Computercruise uit een DDX van een aantal jaar geleden.
"De nieuwe tijd (net wat u zegt)" maakt het herdrukken soms dus zeker moeilijk. Al is het vaak nog wel aardig op te lossen. Wanneer Mickey en Goofy in een dorpje in nood zijn en er is geen telefoon dan maken we maar wel een melding van het gebrek aan bereik oid.